Woord vandaag

‘Eigenlijk heel logisch, dat Gods wil veel en veel belangrijker en
sterker is dan de wil van de mens.’

Stel je voor dat God afhankelijk zou zijn van onze keuze. Hij zou dan
maar stilletjes moeten afwachten wie er van Zijn creaturen voor Hem
dan wel tegen Hem kiest. Bovendien is het in de Schrift klip en klaar, dat
niet de mens, maar dat Gód kiest. Hij koos Abram uit, uit een geestelijk
duistere omgeving om Hem te gaan dienen.

‘Daar gaf Abram gehoor aan Gods roepstem om op weg te gaan, terwijl hij
niet wist waar hij zou komen.’

Precies, en de Schrift maakt duidelijk, dat God uiteindelijk het geloof in de
harten van de mensen werkt. Er is niets van onszelf bij. Dat maakt ons niet
tot robots, maar het eert God, die alles bewerkt in overeenstemming met de
raad van Zijn wil (Efeziërs 1:11)! Dus ook daar zien we, dat het allemaal draait
om Gods wil. In Efeziërs 1 gaat het om Zijn uitkiezen (1:4), om het welbeha-
gen van Zijn wil (1:5), het geheimenis van Zijn wil (1:9) en zoals al gezegd, de
raad van Zijn wil (1:11).

‘Machtig, hier komt niets uit de mens zelf aan te pas.’

Nee, zeker weten. Het draait helemaal om al de aspecten van Gods wil. Dat is
de geweldige boodschap die je bij deze apostel leest. Geen enkele twijfel is er
over de uitkomst van Gods plan. Hij zal al Zijn welbehagen doen (Jesaja 46:10)
en Hij verkondigt dan ook vanaf het begin wat het einde zal zijn. Alles ligt vast
bij God zelf, in Zijn hart en Hij doet en bewerkt alles vanuit Zijn liefde.

‘Heerlijk deze zekerheid van Gods woord.’

Ja het is de boodschap van overstromende genade (Romeinen 5:20), die ons
hart dagelijks verheugt. Gods genade en liefde staan centraal in het woord dat
Paulus bracht. De Thora werd op Israël gelegd en leidde niet tot leven , maar
was een bediening van de dood. Bij Paulus draait het om genade en heerlijk-
heid, doordat het niet van de mens, maar van God en Zijn Zoon Jezus Christus
afhangt. Ook vandaag leven wij door Hem!

Woord vandaag

‘Zeg, André Piet schrijft over dat artikel in het Nederlands Dagblad van gisteren.
Daarin gaat het over de vrije wil.’

Gelezen ja. Dick Schinkelshoek, predikant te Zoelen, schrijft vanuit zijn gereformeerd calvinistische visie over de vrije wil. Kennelijk een groot goed binnen het calvinisme in gereformeerde zin. Als je zegt dat het allemaal van
de menselijke vrije wil en keuzes afhangt word je al snel ‘Pelagiaans’, naar
Pelagius, die lang geleden beweerde, dat de verantwoordelijkheid om wel
of niet te zondigen bij de vrije wilskeuze van de mens ligt, ook nadat die
mens tot geloof is gekomen. Uiteindelijk komt Schinkelshoek uit bij
Augustinus, die hij het laatste, beslissende woord geeft.

‘Augustinus, daar komen ze toch steeds op terug?’

Ja, die wordt binnen de gereformeerde theologie steeds van stal gehaald. Toen ik
de twee pagina’s had gelezen, was ik verdrietig. Omdat men de Schrift niet aan het
woord liet komen. En daar legt André Piet terecht de vinger bij. Want niet Augus-
tinus, maar Paulus zou men over dit uiterst belangrijke onderwerp raadplegen!
Met het voorbeeld van Jakob en Esau wordt ineens duidelijk hoe het zit. Het was
nog voordat zij goed of kwaad gedaan hadden al vastgelegd, dat de oudere aan de
jongere dienstbaar zou zijn.

‘Dat is wel weer helder van Paulus. Dat is de Schrift laten spreken.’

Precies. Stel je voor dat wij echt een vrije wil zouden hebben, dan zouden wij al-
lemaal godjes zijn, die altijd kunnen doorzetten wat wij willen. Dat is echt onzin.
Een mens heeft om te beginnen al niets te zeggen over zijn geboorteplaats, ouders,
broers, zussen et cetera. Zijn omgeving waarin hij opgroeit ligt al vast, zijn erfelijk-
heid is vastgelegd,  de mens heeft geen echt vrije keuze. Gelukkig hebben wij de
Schrift, en in het bijzonder Paulus, die ons de weg wijst.

‘Het geweldige is, dat de uitkomst van Gods plan ook vastligt.’

Daarom is het evangelie ook zulk geweldig goed nieuws. Gods wil zal uitgevoerd
worden door Christus Jezus. De mens gaat daar enorm veel zegen door ontvangen
en bovendien zal alles uiteindelijk blijken tot eer en verheerlijking van God te

zijn. Gelukkig is God niet afhankelijk van de keuzes die de mens maakt, nee Gód
wil, dat álle mensen gered en tot erkenning van de waarheid komen. En dan gaat
dat gebeuren ook!

Woord vandaag

‘Prachtig he, dat goede nieuws aangaande God en Zijn Zoon.’

Als je bij God en Zijn Zoon stilstaat, en waarom zou je dat niet elke dag
doen, dan heb je al evangelie. Een God, die in staat is, alle vijandschap
en alle zonde(n) teniet te doen, is werkelijk algenoegzaam (Genesis 17:1)
en werkelijk liefde. Zijn liefde is sterker dan de dood. Dat bleek toen Hij
Zijn geliefde Zoon uit de dood opwekte.

‘Geweldig, ga door.’

Toen was in feite de garantie afgegeven, dat de hele oogst zou gaan komen.
Hij was de Eersteling, die uit de doden werd opgewekt. Daarna gaat heel de
mensheid komen, want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in
Christus allen levendgemaakt worden. Dat schrijft Paulus in 1 Corinthiërs
15:22 en dat is niet mis. Het gaat hier namelijk niet om allen, die in Adam
zijn en allen, die (nu) in Christus zijn, maar om -zonder uitzondering- alle
mensen, die uit Adam voortgekomen zijn!

‘Fantastisch, dat betekent, dat allen zullen leven en dat ik mijn ongelovige
familieleden en vrienden weer zal terugzien?’

Jawel, daar is geen enkele verhindering voor. Waarom niet? Omdat God het
gezegd heeft. Als belofte. En dan gaat het ook gebeuren. Wanneer? Weten we
niet exact, maar het zal zo zijn, dat alle vijanden (inclusief de tweede dood)
buiten werking gesteld zijn (1 Corinthiërs 15:26). Dan zal léven het laatste
woord, nee, Gód het laatste woord hebben en dat is per defintie léven, on-
sterfelijkheid, onverderfelijkheid, eindeloos leven.

‘Machtig, wat een uitzicht!’

Dit uitzicht, zo precies geformuleerd in heldere woorden van de Schrift, is
uniek. Alleen bij Paulus verkrijgbaar. Uitsluitend via de dood en opstanding
van Christus, die de naam Jezus werkelijk gestalte heeft gegeven en geeft,
want in Zijn Naam zal werkelijk alle knie buigen in onderschikking en dan
zal God zijn alles in allen!

Woord vandaag

‘Weet je wat ik het mooiste van het evangelie vind?’

Dat het geen eigen werken eist, dat het genade is?

‘Ja, maar daar boven uit, dat het God verheerlijkt, en Zijn Zoon.’

Nou en of, helemaal mee eens. Het evangelie, zoals Paulus dat in
Romeinen brengt, is absoluut tot eer van God. Het is evangelie van
God, aangaande Zijn Zoon, Jezus Christus, onze Heer. God wekte
Zijn Zoon op uit de dood en van tussen de doden uit. Dát is tot eer
van God. Daar kwam geen mensenhand aan te pas!

‘Er kwamen wel mensenhanden aan te pas om Hem te kruisigen en
te begraven.’

Daaruit bleek de haat en zonde van de mens. Maar niemand was ver-
volgens in staat, om Hem uit de doden op te wekken. Dat kon God zelf
alleen. Mensen konden dat nooit ofte nimmer doen. De tegenwerker
dacht het allemaal dik voor mekaar te hebben. De overpriesters en
schriftgeleerden van de Joden waren eindelijk van Hem af.

‘Geweldig he, dat God Hem opwekte, door Zijn kracht alleen.’

Elke dag vieren wij in feite de opstanding van Christus en merken wij
-hopelijk-  de kracht van Zijn opstanding in ons leven. Na Hem werden
velen in geestelijk opzicht opgewekt uit de doden, zo ook wij. Wij zijn
het die leven, opdat wij niet langer voor onszelf maar door Hem leven.
De rest is nog dood, gestorven, 2 Corinthiërs 5:14-16.

‘Daar kun je ook aan zien, dat wij leven door Zijn genade.’

Ja, Hij wekte ons op, en daar kwam weer geen mensenhand aan te pas.
Hij deed dat, niet omdat wij zo geweldig bezig waren, maar uit liefde en
Zijn genade. Paulus werd erdoor overweldigd (1 Timotheüs 1:14).
Het is een kwestie van geloof (Romeinen 4:15,16), geen werken vereist,
want dat zou onmiddellijk de eer bij God wegnemen en bij de mens
neerleggen. God garandeert álles! Dát is tot Zijn eer!

Woord vandaag

‘Heb jij nog wat gehoord over dat verhaal in Birma met die blinden?’

O je bedoelt dat met die blinden die zouden zijn genezen? Ja, dat heb
ik gehoord en gelezen. Zoals al eerder werd gemeld, zou het niet waar
zijn. En nu is na zorgvuldig onderzoek gebleken, dat het niet waar was.
Zoals we uit de Schriften weten, is het nu nog niet de tijd, dat het konin-
krijk van God of van de hemelen op aarde gestalte krijgt in tekenen en
wonderen.

‘De Heer Jezus deed wel tekenen en wonderen.’

Jawel, dat hield verband met de komst van het koninkrijk van de heme-
len op aarde. Zoals bekend, dat ging niet door, Israël kruisigde haar Koning
en dat door toedoen van de handen van heidenen. In Handelingen gebeurt
ongeveer hetzelfde, alleen ligt het daar iets ingewikkelder, omdat ook de
apostel Paulus werd geroepen om het lichaam van Christus te gaan uitroe-
pen. Dat zorgt voor veel geestelijke verwarring, omdat men e.e.a. anders
wil zien.

‘De verwarring daarover lijkt wel eindeloos. Er komt nooit een einde aan.’

Jawel, als de bazuin gaat, gaat het lichaam van Christus weg. Daarna gaat de
70e week van Daniël 9:24-27 lopen en gaat God met het volk Israël verder
om het koninkrijk van de hemelen op aarde te vestigen naar Daniël 2:44.
Dit zou voor de gelovige gesneden koek moeten zijn, maar is het niet.
Helaas!

‘Ja, hoe komt dat toch?’

Andere visie op Israël, verontachtzaming van de profetiën, alles op zichzelf
toepassen, vervangingstheologie, het komt steeds neer op het verwarren van
de lijnen Israël en de gemeente. Het is zo eenvoudig: Israëls bediening als
koningen en priesters ligt op aarde voor de volkeren en de bediening van het
lichaam van Christus is boven, te midden van de hemelingen voor alle gees-
telijke machten en krachten. Vandaar dat na de bazuin het niet zo heel lang
duurt of de tegenwerker wordt op aarde gegooid. Wij in de hemelen, hij moet
eruit! En hij zal dan tekeer gaan als een brullende leeuw, zoekend wie hij zal
verslinden, zegt Petrus. Het oordeel begint dan bij het huis van God, Israël!

‘Maar: de Heer zal Zijn volk toch uitredden?’

Uiteraard. Zijn beloften aan hen zijn onberouwelijk, Hij komt er niet op terug,
nee Hij zal ál Zijn beloften vervullen! Ook die aan ons. Heerlijk toch!