8 november 2019
‘We zien elkaar aan in Hem.’
En in Hem zijn wij naar 2 Corinthiërs 5
een nieuwe schepping. Hij maakt ons
nieuw van binnen; straks bij de bazuin
helemaal. In de tijd van genade gelden
voor de gemeente andere grondbeginse-
len. Niet meer de oude van deze wereld
(religieus), maar de nieuwe. Dat is ook:
elkaar genade schenken, anders dan de
oude mens doet. In wezen draait het om
de liefde van God die in de gelovigen on-
derling werkt.
‘De liefde in ons werkt door.’
Dat is in de ideale situatie het geval;
het is de oude mens of het vlees, dat
nog wel dwars kan zitten. De brieven
van Paulus spreken daarover. We zijn
wat dat betreft ook rijk, je voedt je in
en met de woorden van het geloof.
En je geest verandert van gezindheid
zodat je op God gericht wil leven. Ho-
ren naar dat woord van de waarheid
blijft in je leven als gelovige nodig. Je
wil als vanzelf meer, en steeds weer,
die woorden in je opnemen.
‘Dat werkt van binnenuit.’
En daarom heeft het opleggen van de
regels en dergelijke geen zin. We heb-
ben in de studies Filippenzen zo dui-
delijk gezien, dat God het is, Die het
willen én het werken in ons bewerkt.
Ook kun je zeggen: de geest van God
werkt van binnen naar buiten. We zijn
wat dat betreft enorm gezegend, dat
die geest in ons woont. Gaat niet weg.
Dan groeit die vrucht van de geest als
vanzelf in ons. We zijn bevoorrecht nu
we heilige geest als waarborg hebben.
Een ‘aanbetaling’ van wat nog komt!