‘Dat is wel schitterend evangelie zoals wij Romeinen 5 en 1 Corinthiërs 15
lezen, Adam en Christus zijn beslissend voor heel de mensheid.’
Dat is het zeker! Geen twijfel mogelijk; door wat Christus deed, is het
voor heel mensheid: redding, rechtvaardiging en verzoening. In Hem
ziet God heel die mensheid. Het is een kwestie van tijd, dat de mensen
het ook zullen zien. Boeiend hoe God dat hele plan heeft ontworpen.
Het zit heel wonderlijk in elkaar: een nederwerping, zonde en kwaad
komen tevoorschijn, Jezus Christus komt als mens op aarde en wordt
gekruisigd en opgewekt uit de doden.
‘Je kunt je niet als mens bedenken, hoe zo’n plan in elkaar zit.’
Alleen God zelf is in staat zoiets te ontwerpen én tot uitvoer te brengen.
Hij wil dat alle mensen gered worden en tot erkenning van de waarheid
komen, namelijk dat Hij redder is, liefde is en al wat Hij onderneemt, lukt
ook! Zo is God. Abram kende Hem al als de Algenoegzame, Hij die werke-
lijk in álles voorziet. Als Hij wil, dat allen gered worden, dan gebeurt dat
ook. De wil van de mens kan daar niet tegenop!
‘Zo kunnen wij ons vertrouwen volledig op Hem stellen. Hij werkt het uit.’
Ja, Hij is van A tot Z de betrouwbare, enig ware God, de Vader van onze
Heer Jezus Christus. Niets kan Zijn voornemen tegenhouden of blokke-
ren. Niemand is in staat Zijn werk te keren. De overstromende genade
zal uiteindelijk groter blijken dan alle zonde. Christus Jezus heeft alles
op het kruis gedragen en Hij is de Eersteling van de nieuwe schepping.
Als die eersteling er is, volgt de hele oogst!
‘Dat zijn de voorbeelden die al bij Israël zichtbaar waren.’
Paulus gebruikt in 1 Corinthiërs 15 ook de woorden die met de oogst te
maken hebben. Het werk is sinds de opstanding van Christus uit de dood
een doorgaand werk, dat niet meer geblokkeerd kan worden. God werkt
het uit op Zijn tijd. Geen twijfel mogelijk. Dat is omdat het niet van ons,
maar van Gód afhangt. Geweldig, wat een uitzicht: een volkomen nieuwe
schepping, waarin geen spoor meer van kwaad en zonde te vinden is.
Alles is licht, geen duisternis meer. Ieder leeft in volledige harmonie en
onderschikking aan God, met God en elkaar, het strekt zich uit tot en
doordringt alle mensen en alle hemelingen!