‘Fijn om goed te kijken naar deze brief.’

De apostel wijst in het vervolgstukje naar
twee belangrijke dingen. Die moeten op
aarde duidelijk aanwezig zijn, dan pas zal
de dag van de Heer aanbreken
. Dat zijn:

de afval en de mens van de wetteloosheid.
We kijken naar vers 3.

‘Boeiend. Ik wil weten wat daar staat.’

laat niemand jullie misleiden op geen enke-
le manier: komt immers niet de afval eerst
en wordt niet de mens van de wetteloos-
heid onthuld, de zoon van de destructie…

Het probleem: is de dag van de Heer al
tegenwoordig op aarde, of nog niet?

Dáár gaat het om in dit hoofdstuk.

Door het woordje eerst laat Paulus zien,
dat de afval en de mens van de wette-
loosheid
zichtbaar moeten zijn. Pas dan

zal de dag van de Heer komen met de
aangekondigde gerichten.

‘Gerichten zijn Gods verontwaardiging?’

De aangekondigde gerichten waren in
Tenach (OT) al bekendgemaakt. Op een
studie
avond Profetisch Woord is daar uit-
voerig
over gesproken, deel 13:
 
http://www.da-ath.nl/?cat=18&paged=4
http://www.salvationofall-av.org/indexNL/Series/profetischwoord.htm