20 oktober 2018
‘Israël is Gods volk.’

Daar zijn we gisteravond opnieuw in
verdiept. Gods woord levert uitvoerig
antwoord op de vraag: Wat is Israël?
Paulus is, als je Romeinen 9-11 erop
naslaat, heel duidelijk. Als antwoord
op de vragensteller in Romeinen 11:1
zegt de apostel: Volstrekt niet! Dát is
het antwoord op vraag: Heeft God
Zijn volk verstoten?

‘Ja zo is het, Hij houdt van ze.’

We lazen opnieuw van de liefde van
God voor Zijn volk Israël. Zó duidelijk
dat je je verbaast hoe men heeft kun-
nen concluderen, dat het volk Israël
niet langer belangrijk voor God is. In
het denken over Israël heeft de kerk
een hooghartig standpunt ingenomen.
Dit blijkt uit de leer, dat de kerk in de
plaats van Israël zou zijn gekomen.

‘Dat is verschrikkelijk.’

Ja, en God zij dank gaan steeds meer
ogen en harten open voor de werke-
lijke plaats die Gods volk Israël heeft.
In zekere zin gaan zij door een periode
waarvan de profeet Hosea zegt: lo-am-
mi. Maar dat neemt niet weg, dat de
beloften aan de vaders Abraham-Isaäk-
Jakob gedaan, blijven staan. Zij zijn het
volk, dat Gods woord en dus licht en ze-
gen
zal verspreiden onder de natiën.