‘We zijn leden van Zijn lichaam.’

Ieder heeft een eigen functie in
het lichaam van Christus. De een
is voet, de ander hand, een der-
de is oog een vierde oor. De eer-
ste Korintebrief spreekt daarvan.
Men was daar erg bezig over de
gaven van de geest. Paulus zegt 
daarom het nodige over de lief-
de in het dertiende hoofdstuk.

‘Het gaat meer om de vrucht.’

Dat is belangrijker dan de gaven,
terwijl in gemeenten die weleens
centraal staan. En meestal de bo-
vennatuurlijke, zoals spreken in
tongen, genezingen, profetie. In
de hoofdstukken dat Paulus dit
onderwerp bespreekt, valt dan 
op dat deze niet als hoogste ge-
zien worden.

‘De liefde, daar gaat het om.’

Liefde betonen is dienen in het
lichaam van Christus. We zijn in
de gaven óók van het Hoofd af-
hankelijk. Hij geeft apostelen en
profeten en leraars. Daarvan is
in Efeziërs ook sprake. Deze zijn
in het fundament: apostelen en
profeten (Efeziërs 2:20). Leraars
zijn er wel, alleen ligt alle gezag
bij de Heer Zelf, bij Zijn woord.