‘Weet je waar veel verschil van mening over bestaat?

Over veel onderwerpen. Maar wat heb je in gedachten?

‘Wie is eigenlijk de bruid?’

Aan de hand van de Schrift is dat eigenlijk niet zo lastig als het
lijkt. Menselijke leringen en gedachten maken dat moeilijk.
Om met de deur in huis te vallen: het Israël dat in het nieuwe
verbond met Jahweh zal staan, is de bruid. Dat is dus echt Israël,
een gelovig en dus gehoorzaam volk. Dat zegt de profeet Hosea:

En Ik zal u Mij ondertrouwen voor de eon; ja, Ik zal u Mij onder-
trouwen in gerechtigheid en in gericht, en in goedertierenheid en
in barmhartigheden.

En Ik zal jullie Mij ondertrouwen in geloof; en jullie zullen Jahweh
kennen.
Hosea 2:19,20

In de NBG wordt het woord ‘bruid’ gebruikt, maar dat staat niet in
de tekst hier, hoewel het wel de strekking ervan is.

In Jesaja 49:14-19 staat, dat (zie tekstverband) Jahweh zijn volk niet
vergeten is, en dat Hij hen in zijn handpalmen gegrift heeft (vers 16).
In vers 19 staat vervolgens:

Zo waar Ik leef, luidt het woord van Jahweh, jullie zullen hen allen
aandoen als een sieraad, en hen ombinden, zoals een bruid.

Een duidelijke heenwijzing, dat Israël de bruid van Jahweh zal zijn.

‘Ja, duidelijk weer. In Johannes staat er toch ook iets over?’

Die de bruid heeft, is de bruidegom; maar de vriend van de bruidegom,
die erbij staat en naar hem luistert, verblijdt zich met blijdschap over
de stem van de bruidegom. Zo is dan deze mijn blijdschap vervuld.
Hij moet wassen, ik moet minder worden.
Johannes 3:29,30

Het is helder: de bruidegom = de Heer Jezus, de vriend van de bruidegom
= Johannes, de bruid = gelovig Israël. Hier is de gemeente nog lang niet in
beeld.

‘Bedankt ja, dit is opnieuw goed helder. Ik snap eigenlijk niet waar al die
verwarring vandaan komt. Of, toch wel: de slang?’

Dat is zo. Duivel (Grieks: diabolos) betekent door elkaar werper, de slang
gooit alles door elkaar en verwarring is het resultaat. Maar dankzij de
helderheid van de apostel Paulus kun je de lijnen uit elkaar houden!