Ik weet en ben overtuigd in de 
Heer Jezus dat níets uit zichzelf 
algemeen is, tenzij voor wie iets 
rekent algemeen te zijn; voor 
hem is het algemeen

            Romeinen 14:14

Het woord algemeen wijst op
iets dat besmet is. Uit het
tekstverband blijkt, dat het
om eten (en drinken) gaat.
Het kon zijn, dat het geweten
van sommigen ‘besmet’ was.
De wet van Mozes wijst op het
verschil tussen rein en onrein.
Romeinen 14:20 zegt, dat het
eten voor iemand ‘kwaad’
kan zijn als diegene het onrein
acht of rekent. Niet langer ge-
schikt voor een gelovige, zo
rekent iemand met een zwak
geweten, zwak in het geloof.
Maar dit kan ook gelden voor
voor het houden van dagen.
Wie sterk is in het geloof zou
rekening met zulke broeders
en zusters houden.