Boven die hele geschiedenis van Abraham met Sara en Izaak, staat El Sjaddai, dat is: de Algenoegzame! Dat wil dus zeggen: Abraham, jij kunt het niet meer, gestorven (99 jaar) om nog kinderen te kunnen verwekken. El Sjaddai zegt: ‘Ik doe het!’.
En als teken ervan moest de besnijdenis plaatsvinden. Ook typologie natuurlijk, een prachtige uitbeelding hoe God het vlees (eigen werken, eigen gerechtigheid) wegneemt, en Hij het door Zijn geest doet! God gaf Abraham in wezen leven uit de doden! Met de besnijdenis wordt ook de omhulling, de bedekking dus, weggenomen (zie 14 oktober 2009). En kan Abraham eindelijk in gaan zien hoe het echt zit. Het ontbrak hem niet aan geloof, want hij twijfelde niet door ongeloof (twijfel = ongeloof), maar vertrouwde tegen alle verwachting in, dat God bij machte was leven uit de doden te geven. Zo werkt God. Als het naar de mens gesproken niet meer kan, werkt God Zijn plan uit! De dood is voor Hem dé kans om onvergankelijk leven aan het licht te brengen. Zo was de steen (mooi type ook) op de derde dag (jawel) weggerold (Goèl, losser!) en het graf was leeg! Als je vertrouwd was met de typen van de Tenach, zou je dat volstrekt logisch vinden. Leven! Onsterfelijkheid! Daar waar de mensen ernstig naar op zoek zijn. Het is er ! Overvloedig zelfs! Ná de aioonen zullen állen dát leven ontvangen en voor altijd, zonder einde, blijven leven. Vandaar dat je tijdens Gods plan van de aioonen nog leest over ‘aioonisch leven’. Maar daarna hoef je dat niet langer te zeggen, want dan hebben allen leven en onsterfelijkheid. Laten we God daarvoor danken! Want Hij zal dat doel bereiken, vast en zeker. Evangelie, daar word je blij van binnen van he?