Gisteren meldde een christelijke krant juichend, dat de ‘Nieuwe’ bijbel een bestseller blijkt. Op het zwaar commercieel getinte, christelijke lees- en luisterfestival
in Ede, wordt symbolisch het miljoenste exemplaar verkocht. Men heeft voor deze NBV vertaling dan ook aan massieve (om niet te zeggen: agressieve) marketing gedaan. Destijds werden allerlei gelovige en ook vooral ongelovige BN-ers van stal gehaald om dit nieuwe produkt goed in de markt te zetten. De gereformeerd-vrijgemaakte kerken hebben de NBV vrij klakkeloos als kanselbijbel ingevoerd. En zie daar: in 2004 ingevoerd en nu een miljoen verkocht; een waar kassucces voor het NBG. Inmiddels is de NBV in verkoop-ranking ‘Knielen op een bed violen’ en ‘De ontdekking van de hemel’ gepasseerd.
Kijken we –naast de materiële- even naar de geestelijke kant ervan, dan valt er wel wat op deze nieuwe vertaling af te dingen. De vertaling is tot stand gekomen aan de hand van twee principes of leidraden: ‘brontekstgetrouw’ en ‘doeltaalgericht’. Als je m leest (en dat doe ik nauwelijks), dan is de NBV vaker doeltaalgericht dan brontekstgetrouw. En dat is gewoon een groot verlies. Men meldt optimistisch, dat de jeugd deze bijbel meer zou lezen, omdat het begrijpelijker is. Maar….krijgt de lezer ook naar binnen wat de brontekst in het Hebreeuws en Grieks zegt? Elke vertaling levert verlies op in vergelijking met de oor-spronkelijke tekst, dat is nu eenmaal zo. Waar men streeft naar ‘doeltaalgericht’, wordt de tekst al te snel aangepast aan de omgangstaal. En die is altijd in beweging, dus je loopt altijd achter de feiten aan. Daarbij is de bijbel een boek om te onderzoeken, en niet alleen te lezen. Een Hebraïcus (docent Hebreeuws aan een universiteit), zegt van de NBV: ‘Als je me vraagt of ik aan de NBV gewend ben – nee, absoluut niet. De NBV is heel erg ver weg bij de Hebreeuwse grondtekst’. Weet u wat? Ik wacht op de verschijning van de herziene Statenvertaling, die komt over ongeveer een jaar uit. Die heeft het principe van de aloude Statenvertaling (woord voor woord de grondtekst volgen) niet losgelaten, maar de taal aangepast aan nu. Dan blijf je heel wat dichter bij huis.