‘Geloof in de werkingskracht van God, dat is ons leven in feite!’

Dat staat voor ons als gelovigen steeds vaster. Het is door de praktijk,
de levenservaringen, dat je dit steeds meer gaat beseffen. Dit is wat
ons doet leven, steeds meer weet je, dat Gód alles uitwerkt. Als je ge-

huwd bent en God heeft kinderen willen geven, dan ga je, hoe ouder
ze worden, steeds meer beseffen dat God ze vasthoudt, en dat jou
handen en armen tekortschieten.

‘Dat is absoluut waar. Meestal zie je dat waar ouders hun kinderen vast
proberen te houden, ze de neiging hebben zich los te werken.’

En dan komt er wellicht een fase, waarin je alleen nog kunt bidden voor
ze. Dat deed je al, maar dan krijg je als ouders door, dat het gebed nog het
enige is wat je kunt doen. Ze weten het, je hebt de dingen misschien al 10
keer verteld, ze weten het. En dan zoeken ze -toch- misschien wel zonder
God hun eigen weg in het leven. Dat is dan de weg die God met hen gaat.
Zonder dat ze het zelf door hebben.

‘Er zal toch een moment komen, waarop ze tot besef komen het niet zonder
Hem te kunnen.’

Misschien wel ja, tijdens hun leven op aarde, of misschien hier tijdens hun
leven niet. Het evangelie is, dat er niettemin een moment komt dat zij de
Heer echt gaan ontmoeten. Wanneer dat is, weten wij dan niet. Dat kunnen
wij niet anders dan aan God overlaten. Maar het komt wel! Dat zegt de Schrift:

Daarom ook verhoogt God Hem uitermate en schenkt Hem in genade de
naam die is boven alle naam, opdat in de naam van Jezus alle knie buigt
van de hemelingen en van hen die op aarde en van hen die onder de aarde
zijn en alle tong van harte belijdt dat: Heer is Jezus Christus,
tot verheerlijking van God, de Vader.
Filippenzen 2:9-11 CV

‘Geweldige woorden, enorme uitwerking van het werk van Christus Jezus.’

Hier blijkt, dat alle tong van harte zal belijden, dus niet gedwongen,  dat Heer
is Jezus Christus. Dat geldt dus ook voor onze kinderen, ook al gaan zij nu een
weg die je als ouders liever niet had gezien. Gods liefde omvat ook hen!