‘He dat stukje van gisteren he’. Ja had je daar een vraag, een opmerking over? ‘Ja, nou en of! Dat is maar mooi makkelijk. Alles is genade. Alles mag zeker?’ Wil je dat dan? ‘Nou als ik je zo hoor, dan gaat het allemaal wel lekker makkelijk bij jullie. Maar er zijn er die anders spreken! Dan gaat het allemaal niet zo makkelijk!’ Ja, bij velen worden er voorwaarden gesteld. Zo van: als gelovige moet je toch dit en moet je toch dat. En als je er niet aan voldoet zwaait er wat, komen er sancties. Of je wordt er gewoon uitgegooid. Toch? ‘Nou ja, dat is wel weer erg zwart-wit gesteld. Maar het kan toch nooit zo zijn, dat er voor alles genade is?’
Nou ja, uiteindelijk toch wel. Jezus zei aan het kruis: ‘het is volbracht’. Daarmee werden de sluizen van de genade opengezet. De stuwdam werd doorbroken en het water van Gods genade ging alles overstromen. Een van de eigenschappen van water is, dat het de laagste plaats opzoekt. Zo is het ook met Gods genade. Dat is juist voor hen, die alles vergooid hebben, met wie ging de Heer Jezus om? Hij zocht de zondaren op, Hij kwam om te zoeken en te redden wat verloren was.
‘Ja, dat is waar.’ Ja en weet je waarom soms gelovigen geen diensten meer bezoeken en in hun eentje thuis zitten? Om de veroordeling door andere gelovigen! Terwijl er na gemaakte fouten onder Gods genade altijd herstel mogelijk is.
Dat wij als gelovigen Gods genade eens zo diep als een Paulus gingen begrijpen!