‘Weet je wat ik zo geweldig vind?

Nou, vertel.

‘Dat het evangelie pas echt evangelie is, als het niet van de mens, maar van
God afhangt.’

Dat is het helemaal. Zou het van de mens en zijn handen afhangen, dan heb
je geen evangelie. Genade is niet de helft van het evangelie, Gods genade ís
het evangelie! Niet door het werk van veel mensen, maar door het werk van
Zijn eigen, geliefde Zoon! Voor zover daar mensenhanden aan te pas kwamen,
was het om Hem aan het kruis te nagelen. Daar heeft de mens aan mee ‘gewerkt’.

‘Ja, de mens heeft nu niet bepaald een fraaie ‘rol’ gespeeld in dat geheel.’

Juist tegen de donkere achtergrond van het menselijk handelen (falen dus)
wordt Gods genade juist zo helder. Men wil graag, dat de mens aan het werk
gaat om die mens op een sokkel te kunnen zetten, maar dat past niet in het
evangelie. Het goede nieuws is juist, dat het zonder mensenhanden was, dat
Christus besneden werd. Alle besnijdenissen waren daar een type van, slechts
een schaduw. Nu is dat alles vervuld in Hem en is er geen besnijdenis door
mensenhanden meer nodig.

‘Paulus is in Kolossenzen heel duidelijk, ja.’

Ja, de boodschap van het kruis blijft een strik (Galaten 5:11), omdat het kruis
radicaal een einde maakt aan het menselijk kunnen. Het oude is voorbij, het is
alles nieuw geworden (Romeinen 6:6; 2 Corinthiërs 5:14-18)! Die nieuwe mens
leeft van genade alleen. Paulus was iemand, die dat heel diep ervaren heeft. Hij
zei dan ook, dat hij meer gearbeid had dan de apostelen van de besnijdenis en
dat was omdat de genade van God met hem was (1 Corinthiërs 15:9-11)!