‘Zeg, dat loofhuttenfeest bevat mooie beelden he.’

Jazeker, dat kwam gisteren naar voren tijdens de studies in Woudenberg.
Velen die er niet waren, hebben echt wat gemist.
Israël zal te midden van de volkeren zegenkanaal voor Jahweh zijn en zij
zullen delen in de zegen, zij trekken dan 3 keer per jaar op naar Jeruzalem,
het is de aliyah voor de volkeren. En zij vieren dan Pèsach, Shavuot en het
loofhuttenfeest (sukkot). Dat laatste staat in Zacharia 14.

‘Het was een boeiende dag, je kon er veel van leren.’

Je kreeg een doorkijk vanuit het verleden, de instelling van het feest zoals
we dat lezen in Leviticus 23 (wayyiqra), naar de toekomst, wanneer Israël
dat onder leiding van de priesters, in het besef dat hun Messias Jezus de
koning van de koningen is, het zullen vieren. In het millennium, de komen-
de 1000 jaren, zoals de spreker dat ook aangaf.

‘Heeft de Heer Jezus dat ook gevierd toen Hij op aarde wandelde?’

Er was toen ook vanuit de Thora de verplichting om drie keer per jaar op te
trekken naar Jeruzalem en Zijn ouders deden dat ook. Later ging de Heer ook
naar de synagoge, een instelling die ontstaan was tijdens de Babylonische bal-
lingschap. De synagoge is geen bijbelse instelling, het staat niet in de Thora of
in Tenach dat er een synagoge moet zijn om diensten te houden.

‘Het het is zo verweven met het Joodse leven, dat je zou denken dat het hele
concept van synagoge in de Tenach voorgeschreven is.’

Nee hoor, het is een onderdeel van het judaïsme. Je kunt het hele systeem van
kerken ermee vergelijken. God heeft nooit aan het lichaam van Christus mee-
gegeven dat zij overal kerken moesten bouwen. Dat is juist tegengesteld aan wat
het lichaam van Christus in de kern is: een geestelijk, levend organisme!