‘En wat zegt pinksteren? Dat is het toch vandaag?’

Pinksteren spreekt van oogst en verlossing. De 50 is de verlossing en het
wekenfeest is een oogstfeest (Leviticus 23:15-22).  Het gaat onder andere
om de eerstelingen en dat verwijst vanzelfsprekend eerst naar Christus
zelf, zoals Paulus in 1 Corinthiërs 15:23, en daarna deel 2 van de oogst: die
van Christus zijn in Zijn parousia, en vervolgens het einde, dat is de rest
van de mensheid die wordt levendgemaakt. En zo verwijst pinksteren als
oogstfeest naar die geweldige toekomst als allen levendgemaakt zijn!

Toch bijzonder , dat wij zo’n evangelie mogen kennen.’

Ook dat is genade, en Paulus was daar zo diep van doordrongen! Zijn evange-
lie legt niets op op de mens, maar zet de mens volledig in Gods genade, die
zegt dat jij het niet hoeft te doen, maar dat Hij het doet. En al gedaan heeft.
Al wat wij kunnen doen als gelovigen, is leven uit geloof in dat wat Hij geeft.
Hij heeft ons onuitsprekelijk lief en niets kan ons scheiden van Zijn liefde in
Christus Jezus, onze Heer.

‘Dat is toch ook kenmerkend bij Abraham, want we hadden het over hem.’

Paulus voert het leven van Abraham aan, als hij het evangelie in Romeinen
brengt. Het gaat eerst om het geloof van Jezus Christus, en dat is voor ons red-
dend. Dat wij ook geloven is een geschenk in genade van God. Wij zijn gerecht-
vaardigd om niet door de vrijkoping in Christus Jezus. Het is niet alleen recht-
vaardiging door geloof. Wij zijn gerechtvaardigd in Zijn bloed (Romeinen 5:9)
wat ons beschermt tegen Zijn verontwaardiging. Wij staan voor Hem zonder
schuld.

‘Geweldig. Ga door.’

Daarnaast maakt Paulus duidelijk, dat wij ook gerechtvaardigd zijn om niet,
in Zijn genade. De rechtvaardiging die wij hebben ontvangen is dus volgens
Paulus in Romeinen: om niet, in Zijn genade, door Zijn geloof, in Zijn bloed.
Als we het rijtje nalopen en ons afvragen of er iets van ons bij zit, is het heldere
en enig juiste antwoord: nee. Niets van onszelf, het is alles van Hem!
Dát is de basis van het evangelie van de voorhuid, van de onbesnedenen!