Er zijn vrienden die blijken kwaad te doen,
Toch is er een met liefde meer toegewijd dan een broeder.
Spreuken 18:24

Je kunt niet altijd op mensen vertrouwen. Vrienden kunnen
je zelfs kwaad doen. Onder gelovigen kun je vrienden hebben,
soms denk je dat gelovigen je vrienden zijn, maar dat kan zeer
tegenvallen. Vooral als je op geestelijk inzicht tegenover elkaar
komt te staan. Dan kan er onherstelbare schade aangericht wor-
den. Alleen omdat men gelijk wil hebben.
‘Maar je kunt dan toch ook juist iemand treffen die je wel echt
kunt vertrouwen?’

Ja, dat is in de regel een enkeling. Iemand die voor de volle 100%
betrouwbaar is, is zeker in geestelijk moeilijke situaties goud
waard. De Heer zorgt er dan voor dat je tóch steun hebt door
middel van een ware, geestelijke vriend.
Het opmerkelijke is, dat het woord voor ‘vrienden’ te maken
heeft met ‘herder’ (of: voeder). Je kunt dan door zo’n waar-
achtig liefhebbende vriend als het ware gevoed worden met
goede woorden.

‘Paulus had op het laatst weinig van zulke echte getrouwen
om zich heen.’

Wat mensen betreft werd het eenzaam voor de verlaten apostel,
maar de Heer was nabij (Filippenzen 4:5). Lucas was op het laatst
nog bij hem, Timotheüs was trouw, Titus bleef goed gaan. Zelfs
(Joahnnes) Marcus was tot het einde een steun doordat hij het goede
werk bleef doen. De Heer voorzag op het laatst nog in een kleine
groep getrouwen!