‘Je gaf heel wat te denken aan me mee gisteren.
Zo diepgaand wordt er niet snel over gesproken.
Het heeft echt allemaal met diepe dingen van God
te maken.’

Ja, en in 1 Corinthiërs 2:10 staat, dat de geest van God
alles doorzoekt, zelfs de diepten van God. Daarbij staat
in het eerste deel van het vers, dat God het ons open-
baart door Zijn geest. Niet alleen ‘heeft geopenbaard’
(in het verleden),  maar ‘openbaart’ als een (tijdloos) feit.
Steeds als wij in Zijn woord nazoeken wat van Hem is,
laat Hij meer van zichzelf zien.

‘Ja, je zoekt naar antwoord op de vraag waarom Jezus
eigenlijk aan het kruis moest sterven als God toch alle
mensen redt.’

Dat heeft met die diepten van God te maken. Liefde is het
diepste motief, de diepste beweegreden voor God om zo te
handelen. God schiep de mens en het was voor Hem geen
verrassing dat de mens zondigde door de misleiding van de
slang. God had de boom van kennis van goed en kwaad in de
hof geplant. Hij had die boom net zo goed niet in de hof
kunnen zetten. Maar Hij deed dat wel.

‘Moeilijk hoor. Het is zo anders dan wat je overal om je heen
hoort. Daar zegt men dat de mens de keuze kreeg van God en
fout koos. En om die mens de reddingsmogelijkheid te bieden
moest Jezus komen. Als die mens dan voor Jezus kiest kan hij
ontkomen aan de eeuwige dood.’

Ja, zo wordt het gezegd. Maar dat is een redenering die ik echt
nergens in de Schrift terugvind. Men denkt steeds vanuit de
mens en naar de mens toe. Men bekijkt de dingen te weinig
vanuit God. God zette de boom van het leven in het midden
van de hof. En dan staat er direct bij: ‘en de boom van kennis
van goed en kwaad’. Uit het antwoord van Eva in Genesis 3:2,3
blijkt, dat de boom van kennis ook in het midden van de hof
stond. Merkwaardig he, dat God ook die boom van kennis in
het midden van de hof zette. Door een verbod aan de mens te
geven in verband met de boom van kennis, kreeg de slang de
kans de mens daarop te wijzen en de aandacht (begeerte) ervoor
op te wekken. Want: de mens was met vlees en bloed geschapen!

Zo had God het gedaan, zo had Hij de mens geschapen. En voor
God was het absoluut geen verrassing, dat de mens in de hof erin
tuinde en zondigde.

‘Dus het moest zo gaan? Is dat de conclusie? Dan is de mens toch
een robot? Heeft de mens eigenlijk wel een vrije wil dan?’

Daar zullen we morgen naar kijken, dat is weer een verhaal apart.
Niettemin is alles in Gods hand, absoluut zeker!