‘Goed zeg, om eens wat dieper in te gaan op de betekenis van het vet.’
Je leest er overheen. Het valt je niet op. Meestal wordt gekeken naar de ruzie tus-
sen twee broers, waarbij de een de ander doodt. Er wordt dan een morele les uit
gehaald. Terwijl de diepere overwegingen vaak in de details zitten. Zo ook het vet.
Dat is nu eenmaal de Schrift; daar kun je niet zomaar even in lezen en je weet het.
Het is lezen, nadenken, waarom er iets zo staat. Niet mediterend, maar bestude-
rend: wat wil Vader ermee zeggen?
‘Abel aanbad de Heer God, en dat bleek uit dat hij het vet offerde?’
Hij gaf het eerste en het beste. De eerstgeborenen en hun vet. Dat werd door Ieue
gewaardeerd en aanvaard. De hele geschiedenis wijst typologisch op Christus, die
door Zijn broedervolk (de Joden) vermoord wordt. Het aangezicht van het volk was
al langere tijd vervallen, zij brachten wel offers, maar hun hart was er niet bij. Zie
bijvoorbeeld Jesaja 1:11,13. Daarom walgde Ieue (Ik ben) van hun offers, het vet
dat zij offerden kon daarom niet door Hem als aangename geur beleefd worden.
‘En Ieue heeft dus zelf het offer van Abel aangestoken?’
Het staat er niet zo, maar uit andere gegevens van de Schrift is dat af te leiden.
Het offer van Abel behaagde Al. Het laat zien dat de weg tot redding via lijden
(bloed) gaat. Maar ook, dat (wederzijdse) verzoening door dood tot stand komt.
Daarbij gaf het aan Al (God) de allerhoogste plaats. Abel gaf niet het laatste wat
overbleef (het minste), maar het eerste en het beste.
Ook Abraham offerde het beste, zijn hartslieveling. En hoe geweldig was het
antwoord van Ieue daarop! De weduwe offerde al wat zij had, de Heer zag het
en Hij waardeerde dat zeer. Laten wij dan deze voorbeelden volgen en de weg
van Abel bewandelen!