Op 3 september startte de studie Kolossenzen;
een bijzondere brief van de apostel van de natiën.
Bijlagen: Structuur en Overzicht
Naluisteren: Deel A en deel B
Woord vandaag
16 september 2019
‘De Heer niet naar het vlees kennen.’
Door Zijn opstanding is een nieuwe situ-
atie ontstaan. Hij werd gewekt in nieuw-
heid van leven, en alle leden van het li-
chaam van Christus delen daarin. Al de-
genen die met Hem verbonden zijn, de-
len in de nieuwe schepping. Daarin is he-
lemaal geen sprake van verschillen zoals
die in het vlees wel te zien zijn. De een-
heid van de geest geldt in het geestelij-
ke lichaam van Christus. Wij zouden die
bewaren met de band van vrede.
‘Elkaar niet naar het vlees kennen.’
Anders gezegd: we zien elkaar in Chris-
tus aan. We kijken niet naar verschillen
in het vlees, maar de kostbare gemeen-
schap in de geest is daar. Dan zijn taal-
of landverschillen geen probleem meer.
Bovendien werkt God alles uit, ook on-
der gelovigen. Wanneer erkenning van
het Woord en van Zijn gezag aanwezig
is, is harmonie zeker. Het leven dat Hij
geeft in elke gelovige, verbindt. Wij zou-
den -waar mogelijk- dat versterken.
‘Leven in en voor Christus.’
Dat kan niet anders, Hij is ons Hoofd
en heeft ons lief. Hij zal nooit een lid
kunnen afstoten of uitbannen. Als Zijn
eigen lichaam heeft Hij ons lief. Dat is
wat ons ootmoedig maakt. Wij schik-
ken ons onder Hem, als antwoord op
Zijn liefde. Tegelijk geeft Hij wat nodig
is tot groei en nodige opbouw van ons
als gelovigen. Hij is het Die Zijn lichaam
voedt en koestert. We zien uit naar die
grote dag, als Hij in de lucht komt. Wij
worden dan weggenomen, veranderd.
Woord vandaag
15 september 2019
‘Fijn dat we weten door geloof.’
Dat is ook een voorrecht, we hebben
nu eenmaal geen alleenrecht. Israël is
Gods uitverkoren volk. Wij zijn uitgeko-
zen in Christus vóór de nederwerping
van de wereld, bestemd voor het gees-
telijke lichaam van Christus, dat is een
heel ander instrument dat het Joodse
volk. Heel belangrijk in dat verband is
Efeziërs 2:11-22. Daarin is de grote ver-
andering te lezen; van vlees naar geest.
In het vlees hadden de natiën tot aan de
Efezebrief een ondergeschikte plaats
ten opzichte van Israël.
‘Dat ligt nu anders.’
In de geest zijn de natiën nu op gelijke
hoogte met Israël, als het gelovigen be-
treft. In Galaten 3:27,28 was dat al ge-
zegd. In Christus valt vleselijk verschil
weg. In 2 Corinthiërs 5 lezen we over
de nieuwe schepping en daarin bestaat
geen onderscheid, dat is een puur gees-
telijk iets. We zijn in Christus nieuw ge-
schapen. Geen Jood of Griek, geen slaaf
of vrije meer, noch mannelijk of vrouw-
elijk. In Christus kennen wij elkaar niet
naar het vlees.
‘Zelfs de Heer niet?’
Paulus stelt vast, dat zelfs wanneer wij
de Christus naar het vlees gekend had-
den – nu niet langer. De Heer was wat
het vlees aangaat uit de stam Juda. Hij
kon niet priester zijn, dat was bestemd
voor de Levieten. Zo gezien was de Heer
Jezus voluit Jood. Door Zijn opwekking
en opstanding uit de dood zijn grote ver-
anderingen gekomen. Hij kan Hogepries-
ter naar de orde van Melchizedek zijn.
Geslachtsregisters tellen niet langer.
Hebreeën 7 spreekt over deze dingen.
Woord vandaag
14 september 2019
‘Zijn opstanding is zekerheid.’
Elke gelovige wéét dat Hij leeft. Geen
twijfel mogelijk, Hij is de levende Heer
Die ons leidt. Dat weten is het gevolg
van meerdere waarnemingen. Je hebt
iets gelezen in Zijn woord; dingen be-
luisterd. Dat werkte door Zijn geest de
zekerheid bij je, zodat je iets echt weet.
Paulus schrijft daar meerdere keren o-
ver. We lezen met hem mee:
wij nu ontvingen niet de geest uit de
wereld, maar de geest uit God, opdat
wij weten wat ons door God in genade
geschonken is 1 Corinthiërs 2:12,13
‘Ja fijn, dat is echt zo, ik weet het.’
De geest is die van de waarheid en je
weet dat in je hart als je het hoort. En
dit is een rijk woord van troost:
wij weten toch, dat wanneer ons aard-
se huis, deze tabernakel, afgebroken
wordt, wij een gebouw uit God hebben,
eonisch, niet met handen gemaakt, in
de hemelen 2 Corinthiërs 5:1
Ongewoon opbouwend en bemoedi-
gend is zo’n woord. Laten wij Hem er-
voor danken.
‘Dit raakt mij, ik dank Vader.’
De apostel Paulus werd door heilige
geest geleid. Hij schrijft in datzelfde
hoofdstuk nog:
wij zijn dan altijd bemoedigd en weten,
dat zo lang wij in dit lichaam thuis zijn,
wij nog weg van ons thuis zijn, en van
de Heer 2 Corinthiërs 5:6
De onderliggende zekerheid, dat het
gebouw uit God ons deel zal zijn, is hét
weten van het geloof. Wij wandelen in
volkomen rust die Hij geeft.
Woord vandaag
13 september 2019
‘Zijn einde was niet definitief.’
God wekte Zijn Zoon op uit de doden
in oneindig leven. We lezen bij Elia en
Elisa van opstanding. De Heer wekte
het dochtertje van Jaïrus, Lazarus, de
jongeman van Naïn. Zij stonden op uit
de dood maar stierven later weer. De
Heer is levendgemaakt. Hij ontving di-
rect onsterfelijkheid en is de Enige Die
dat nu is, nog wel. Binnenkort zal Zijn
geestelijk lichaam erbij komen. Wij kij-
ken ernaar uit, de bazuin zal zó, ineens
klinken, heel verrassend.
‘Alle medegelovigen weer ontmoeten.’
Dat is fijn. Onder gelovigen kan zoveel
gebeuren. Niettemin zijn alle gelovigen
ooit door God tevoren gekend en tevo-
ren bestemd. Zij worden dan geroepen
op Gods tijd. Zij zullen zeker horen en
geloven. Dat is Gods werk. Net zoals al-
les wat met de gelovigen gebeurt Gods
werk is. Het roepen, rechtvaardigen en
verheerlijken is evenzeer Zijn handelen
met ons. Alles uit Hem.
‘God is voor ons.’
Omdat wij in Christus zijn, zijn wij ver-
bonden met de Vader, Die ons onuit-
sprekelijk liefheeft. Wij hebben vrij en
te allen tijde toegang tot de Vader. In
alle omstandigheden kunnen wij daar
dankbaar gebruik van maken. Juist in
het lijden dat over ons komt is dit rijk
en bemoedigt ons. Israël zal dit pas in
zekere mate genieten op de nieuwe
aarde. En bij het einde van Gods plan
volkomen, met alle vrijmoedigheid.