‘We zijn enorm bevoorrecht, als we de brieven van Paulus beter
leren kennen. Kolossenzen is geweldig!’
Wat een opening, dat eerste hoofdstuk. Alles in en door de Zoon
van Zijn liefde geschapen. Niets valt daar buiten. We hebben een
grote God, die liefde is en die niet loslaat wat Zijn hand begon.
Als er 1 schaap ontbreekt, laat de Heer de 99 achter om die ene
op te zoeken. Een prachtbeeld van God, die niet zal rusten –bij
wijze van spreken- voordat ál Zijn schepselen terecht gebracht zijn.
‘De Zoon is de Eerstgeborene uit de doden.’
Dat is een evangelie op zich. Dat Hij gekruisigd werd door de han-
den van zondige mensen weerhield God er niet van die mensen te
blijven liefhebben en als antwoord Zijn geliefde Zoon op te wek-
ken uit de doden. Kijk, dát is evangelie. Niet wat de mens moet
doen (of laten), maar wat Gód doet! Hij had alles besloten in de
Zoon van Zijn liefde, van meet af aan. Alles komt weer bij de Vader
terecht. Hij zal het uitwerken door de Zoon.
‘Evangelie is : wat God doet. Mooi!’
Gods plan van eonen, van tijdperken, is aangevangen in liefde, het
hele verloop gaat heel diep, maar aan het einde staat God met
open armen om iedereen, al die verloren zonen en dochters op te
vangen en aan Zijn hart te drukken. Hij zal er –door Zijn weergalo-
ze liefde gedreven- op toezien dat er niet één ontbreekt. En dan is
het voor altijd: heerlijkheid voor iedereen, tot eer van God, de
Vader!