Woord vandaag

9 mei 2019

‘Ontmoeting is bij Hem, straks.’

Niet eerder dan dat moment. Ook de 
doden in Christus zullen dan pas bij de
Heer zijn. Nu nog niet, zij weten niets.
Mooi is, hoe de apostel het formuleert
in 1 Thessalonicenzen 4:13-18:

..dat wij, de levenden die overblijven 
tot de aanwezigheid van de Heer, in 
geen geval uitgaan vóór hen die te 
rusten zijn gelegd… 
(vers 15)

Hier stelt Paulus al vast, dat de overle-
denen pas in de toekomst uitgaan. En
wij zullen niet eerder bij Hem zijn. Dat
is wel zo als het gaat om de verwach-
ting van Israël.

‘Ja, dat is bij hen anders.’

En hij zegt nog meer in onze tekst:

..want de Heer Zelf zal,…., afdalen van
de hemel, en de doden in Christus zul-
len eerst opstaan
   (vers 16)

We lezen duidelijk, dat die doden pas
opstaan (en dan dus leven, nu niet) 
als Hij afdaalt van de hemel bij de ba-
zuin van God. Dat is ook het moment 
van onze verandering, wij die dan le-
ven zullen niet ontslapen, maar ver-
anderd worden 
(1 Corinthiërs 15:51).
Hoe mooi kan het zijn, en dat is het!

‘Ik ben zo benieuwd naar die dag.’

En de tekst zegt ons ook nog dit:

…vervolgens zullen wij …. gelijktijdig
tezamen met hen weggerukt worden
in wolken
   (vers 17)

Volstrekt helder, de doden in Chris-
tus staan eerst op, en wij worden in-
eens met hen samengebracht. Weg-
grissing is dan: gelijktijdig om de na-
druk erop te leggen, dat het hetzelf-
de moment is. En tezamen met hen
om te laten zien: héél het lichaam is
erbij betrokken. Dat is nogeens ech-
te gelijkheid en gelijktijdigheid:

tot de ontmoeting van de Heer in de
lucht, en zo zullen wij altijd tezamen
met de Heer zijn
(vers 17b, 18).

Woord vandaag

8 mei 2019

‘God weet de beste weg.’

We raken er diep van overtuigd, dat de
weg van Vader altijd leidt tot het door
Hem gestelde doel. Zijn voornemen is
het, alles in allen te worden. Dat zal ze-
ker zo zijn, nadat de eonen tot hun vol-
tooiing zijn gekomen. Dan zijn alle men-
sen gerechtvaardigd, verzoend, levend
gemaakt
. En daardoor volkomen toebe-
reid om in de voleinding dat mee te ma-
ken. De leden van het lichaam zullen in
eerste instantie beleven dat Vader alles
in hen is. Na de bazuin.

 ‘Daar verlang ik naar.’

Paulus keek ernaar uit, hij verlangde er-
naar, die krans van rechtvaardigheid in
ontvangst te nemen. Vanzelfsprekend
geen enkele verdienste van hemzelf. In
zijn brieven wordt duidelijk, dat de le-
den zelfs loon zullen ontvangen voor 
dat wat zij in en door het lichaam heb-
ben kunnen doen. Dat zal zonder twij-
fel veel goeds zijn, maar ook slechte
dingen zullen daar aan de orde komen;
die verbranden gelukkig. Wat goed was
zal blijven en zelfs loon opleveren. 

‘De Heer stelt dat vast.’

Hij weet alles. Hij kent ook de beweeg-
redenen waarom leden dat hebben ge-
daan wat zij deden. Die motieven zul-
len daar aan de orde komen. Dat zegt
Paulus in 1 Corinthiërs 4:1-5. We zou-
den niets voor de tijd van het erepodi-
um richten. Paulus rechtvaardigde zich
dan ook niet voor zijn handelwijze. Hij
was diep overtuigd van het feit, dat de
Heer een rechtvaardig Richter is. Allen
die Zijn verschijning liefhebben, zullen
daar vol verwachting naar uitzien.    

Woord vandaag

7 mei 2019

‘Wat God doet is goed.’

Dat is een uitspraak van geloof. Diep is
het vertrouwen van de Zoon, Hij accep-
teert de weg van de Vader. De overga-
ve, zo klonk het: ‘niet Mijn wil’. In Geth-
sémané was dat geloof van de Zoon zo
duidelijk hoorbaar. Hij leed in de ziel; in
de geest was daar het besef, dat Vader
altijd de juiste weg wijst. Dat geldt ook
ons, wanneer we zoeken naar de juiste
richting. Boven alles uit weet je als gelo-
vige, dat God alle dingen doet samen-
werken tot het goede.

‘Daarom loopt het niet verkeerd af.’

Gods plan wordt van dag tot dag afge-
werkt, de Zoon is de grote Uitvoerder.
Hij zal binnenkort verenigd worden in
de lucht met heel Zijn lichaam. Daarna
gaan we voltallig Hem dienen te mid-
den van de hemelsen. Hij zorgt voor de
gemeente, het is Zijn lichaam. Hij voedt
en koestert door het woord en troost
en bemoedigt door Zijn geest. We zijn
geliefd, er kan geen ruimte komen tus-
sen Gods liefde en ons. Wat er ook in
ons leven gebeurt, Hij draagt ons.

‘We zijn rijk in Hem.’

Wat werkelijk rijkdom, een groot kapi-
taal is, is godsvrucht met tevredenheid.
In 1 Timotheüs 6 spreekt de apostel er-
van. Als je die combinatie in je leven in
je innerlijk ervaart, dan ben je gelukkig.
Godsvrucht is: je eert God met je leven,
en Hij verandert zondaren in rechtvaar-
digen en vijanden in vrienden. Dat doet
Hij als eerste bij de gemeenteleden. Zij 
zijn het lichaam van Christus; het gelo-
vig Israël van de (nabije) toekomst is de
bruid. De Heer veranderde water (wet) 
in wijn (vreugde van de genade) en zo
kon het een echte bruiloft zijn.