Woord vandaag

En de Voorhuid, die, uvan nature, 
de eisen van de wet volbrengend,
zal jou richten, die, door letter en 
besnijdenis, overtreder van de 
wet bent.
           
Romeinen 2:27

Stel dat mensen uit de natiën uit
natuurlijke neiging en een goed
werkend geweten de eisen van
de wet volbrengen.
Wat betekent dat dan? Dat de
besnijdenis niet nodig is om de
wet te doen! 
Het goede gedrag van mensen 
uit de natiën betekent dan dat ze
de mensen uit Israël richten, die
de Thora niet paktiseren.
Het vlees onder de zonde is een
grote hindernis, door de mens zelf
niet te overwinnen. Dat kon alleen 
de Heer Jezus, die vlekkeloos op
aarde wandelde. Hij was zonder
zonde. Hij werd tot zonde (of tot
zondoffer) gemaakt. Israël had in
steen en op papier (in letter) en in
vlees (besnijdenis) datgene wat
nodig was. Maar toch bleken de
mensen uit Israël overtreders van
de wet. De redding lag en ligt in
Hem, Die Zich voor hen overgaf.

Woord vandaag

Wanneer dan de voorhuid de 
terechte eisen van de wet 
vasthoudt (in acht neemt), zal 
zijn voorhuid niet tot besnijdenis 
gerekend worden?

       Romeinen 2:26

De natiën (die geen wet hebben)
kunnen volgens hun instinct en 
geweten doen wat de wet eist.
In dat geval kunnen zij weliswaar
niet als onbesneden gerekend 
worden, maar als besneden. En
was de letterlijke besnijdenis 
niet eens nodig. Uiteindelijk gaat
het niet om het uiterlijke teken,
maar om innerlijke realiteit. De 
wet zelf (Deuteronomium 10:16)
spreekt van de besnijdenis van 
het hart. Daar gaat het om. 
Die bedekking moet weg, zoals 
Paulus opmerkt (2 Corinthiërs 3).
Dat gebeurt in Christus, door de
inwerking van de geest van God.
Dat geeft blijvende vreugde!

Woord vandaag

Want besnijdenis heeft weliswaar 
nut indien jij de wet in praktijk 
brengt, maar indien jij overtreder
van de wet bent, is je besnijdenis 
voorhuid geworden
                Romeinen 2:25

Aan besnijdenis zat vast dat je 
de wet helemaal moest doen. 
Zie Galaten 5:3. Het geeft aan 
de besnedene verplichtingen.
In de praktijk blijkt dat degene 
die besneden is, de Thora niet 
volledig kán praktiseren. Het 
vlees is niet in staat dat te doen 
wat Thora eist. Daarmee heeft 
letterlijke besnijdenis geen nut. 
In feite is iedere besnedene niet 
verder dan een goj die zijn voor-
huid nog wel heeft, zodra Thora 
overtreden wordt. Hoe onzinnig
is het dan, wanneer gelovigen, 
nota bene uit de natiën, zich wel
letterlijk laten besnijden!
Het lijkt vroom, maar voor God 
heeft dat geen enkel nut. Horen
naar het woord, zoals we dat in
het evangelie van de genade van
God naar ons toe krijgen, dát is 
wezenlijk voor ons als gelovigen.