12 oktober 2009

Goeie genade! Zo’n kreet zult u misschien zelf weleens geslaakt hebben. Het is, als je het aan Paulus vraagt, helemaal waar. Genade is het tegenovergestelde van werken. Sla daar Romeinen 11:6 maar eens op na. God schenkt ons genade.
‘Maar hoef je er dan niets voor te doen?’ Nee, sterker nog, je kunt er helemaal niets voor doen, anders is de genade geen genade meer. ‘Ja om gered te worden, heeft Christus alles gedaan. Het is volbracht. Akkoord. Maar als je gered bent, verwacht God toch wel iets van je?’ Nou…nee….om eerlijk te zijn, eigenlijk niet. Want Hij weet wie wij zijn. En dat je hart er zo vol van raakt, dat je dingen gaat doen, die je vroeger niet deed, dat is Zijn werk in jou, u en mij. Dus ook genade! God legt geen opdrachten op ons. Hij werkt in ons, maar dan is God het, die in ons werkt, zowel het willen als het werken. Met andere woorden: Gód doet alles! Zijn geest werkt in ons en zet vrucht in ons. Hoe? Door dat woord van Hem in ons hart te zaaien, dat ontkiemt, het groeit in ons en wij dragen vrucht. Net als druiven aan de ranken groeien, dat gaat vanzelf. Steeds weer dat evangelie horen en in je hart bewaren. Daar word je niet minder van. Je wordt blij en ruim van binnen, en je geeft de ander graag de ruimte om zich te kunnen ontwikkelen en te kunnen groeien. Er is helaas onder gelovigen veel gebrek aan échte liefde. Dat komt, omdat zij de genade van God nog onvoldoende diep hebben kunnen begrijpen. Blijf daarom drinken uit de bron van genade, en toets de spreker, die je hoort, eraan. Je zult ontdekken, wie wel en wie niet wérkelijk genade van God spreekt. Paulus sprak die genade op zeker. Luister altijd naar die leraar van de natiën, die door God zelf is aangesteld, omdat hij als geen ander wist wat een leven van wetticisme inhoudt. Hij kende het enorme verschil tussen een leven van eigen inspanningen, die nooit genoeg zijn; van elkaar bijten en opeten; van fanatieke, onderlinge concurrentie in ijver voor -onder andere- tradities. En een leven van de ander hoger achten dan jezelf; van de ander de ruimte geven; van in plaats van afrekenen de ander genade schenken. Leer ons, leer mij, Vader, meer van Uw genade…..

11 oktober 2009

Ja, dat ‘verloren gaan’ he. Als gelovige mensen dat woord horen, denken ze er automatisch ‘voor eeuwig’ bij. Maar…..wat in de Bijbel verloren is….wordt gevonden!
De verloren penning (Lucas 15), was die voor eeuwig verloren? Nee! Want die werd gevonden. Het verloren schaap (1 van de 100). Was dat schaap voor eeuwig verloren? Nee! Want de herder ging net zo lang zoeken, tot hij het vond! En die andere 99 waren al gered!
De Zoon des mensen kwam immers om te zoeken en te redden wat verloren was. En dat doet Hij ook! Wat verloren is, is door God verloren, houd dat altijd in gedachten. God is iets verloren! De verloren zonen….ja, die ene dwaalde weg van het huis van zijn vader, maar keerde terug. Zijn broer was eigenlijk ook verloren, maar was toch heel dicht bij huis. En die vader enigszins kennend….denk ik dat hij zoveel geduld heeft met de oudere broer, dat ook die thuis mocht blijven, en zou gaan inzien hoe het zit.
Mensen gaan verloren, maar niet voor eeuwig! Dat is de boodschap, die grote verwachtingen wekt in de harten van de mensen. En God zal die verwachtingen niet beschamen! Wat is dat geweldig he. Paulus was en bleef er vol van. Mensen keren terug naar hun oorsprong, dat is God. Gods hart is liefde. Hij kan niet anders, dan de schepselen waar Hij zóveel van houdt, redden. God is per definitie een sprekende en reddende God. Hij laat Zijn hart zien in het evangelie, dat zo vol spreekt over ‘alle mensen’ en ‘allen’. Soms inderdaad over ‘allen, die geloven’ (Romeinen 3:22), maar als het gaat om de hele mensheid, is niet Abraham (als gelovige) op de voorgrond, maar Adam! Romeinen 5 is klip en klaar, glashelder. In de verzen 12-21 is er geen speld meer tussen te krijgen, er is geen houden meer aan. Door Adam alle mensen onder de veroordeling; door Christus alle mensen gerechtvaardigd ten leven! Niet dood, maar leven heeft het laatste woord! We blijven Hem danken!

10 oktober 2009

Dat Johannes 3:16? Ja, dat is een geweldige tekst. Het spreekt van de liefhebbende God, en als mensen tijdens Zijn plan van aioonen Hem geloven, dan hebben ze aioonisch leven. Anderen, die niet geloven, zijn aioonisch verloren. Maar dat is niet voor altijd, niet eeuwig. Want de aioonen eindigen wel. Gods woord spreekt van ‘de einden van de aioonen’ (1 Corinthiërs 10:11); van de ‘voleinding van de aioonen’ (Hebreeën 9:26), maar ook van ‘voor aioonische tijden’ (2 Timotheüs 1:9,10; Titus 1:2); ‘voor de aioonen’ (1 Corinthiërs 2:7). We zien dus, dat de aioonen een begin hadden en een einde zullen hebben. Dat is heldere taal. Net zoals de jaren van een mensenleven een begin (de geboorte) en een einde (sterfdag) hebben, zo hebben de aioonen dat ook. Zo simpel is het.
In binnen dat plan, binnen die tijden van de aioonen, werkt Vader als ‘de aioonische God’. Dat wil niet zeggen, dat God beperkt is in de tijd, want van God hoef je helemaal niet te zeggen, dat Hij eeuwig is. De Bijbel maakt wél duidelijk, dat Hij werkt binnen die tijden! En dat is maar goed ook! Want wij leven nu in ‘de tegenwoordige boze aioon’ (Galaten 1:4); waarin de satan ‘de god van deze aioon’ (2 Corinthiërs 4:4) is. Gelukkig komt aan deze boze aioon ook een einde. Daar zitten we echt heel dicht bij. De donkerste tijd uit de geschiedenis van de mensen gaat aanbreken, maar dat zal (gelukkig) een korte tijd zijn.
God zal op tijd ingrijpen en de profetieën van de Tenach (Oude Testament) waarmaken.
Voor ons is het geweldig zeker, dat God het is, die alles bewerkt in overeenstemming met de raad van Zijn wil (Efeziërs 1:11)! Bij Hem gaat dus niets fout! Hem loopt het niet uit de hand! Want Hij is liefde én heeft alle kracht, om wat Hij zich voornam ook te volbrengen,
dus redt Hij alle mensen. Ik zou niet weten, welk schepsel zó sterk zou kunnen zijn, om dat voornemen te dwarsbomen. Alle reden om Hem te danken!

9 oktober 2009

‘Eigenlijk best wel ingewikkeld hoor, die Griekse woorden ‘aioon’ en zo.
Had God dat niet wat makkelijker kunnen doen?’ Nou…het gaat om Gods woord, en Hij heeft dat woord nu eenmaal in het Grieks en in het Hebreeuws laten opschrijven. Deze woorden zijn voor ons belangrijk, om ze te onderzoeken. De Bijbel is nu eenmaal geen boek om even makkelijk te lezen (is wel goed om te doen natuurlijk), maar meer om te onderzoeken. Het woord ‘aioon’ is zo ongeveer hetzelfde begrip als het Hebreeuwse ‘olam’. Dat laatste heeft te maken met een werkwoord, dat ‘verbergen’ betekent, maar wordt heel vaak in de zin van ‘tijdperk’ gebruikt, net als ‘aioon’ dus. Het kan wijzen op een tijd met een nog verborgen einde, de duur is nog onbekend. Bij de 1000 jaren is de tijdsduur duidelijk. Maar ná die 1000 jaren gebeurt nog van alles, zoals Openbaring 20-22 laat zien. Nog ruimer en wijder kijkt Paulus. Hij spreekt in Efeziërs 3:10,11 over ‘het plan (voornemen) der aioonen’. En door dat plan komt God tot Zijn doel: o.a. redding van alle mensen. Dat plan duurt aioonen lang, soms hele lange tijden, maar maakt duidelijk, dat élke aioon een keer eindigt. Bij het einde van de laatste aioon wordt de laatste vijand, de (tweede) dood opgeheven, buiten werking gesteld, en allen zullen léven! Ja, de poel des vuurs, de tweede dood wordt ook eens opgeheven, omdat Christus de dood overwon! Dan gaat uiteindelijke alle dood eraan! De mensen zullen levendgemaakt worden. Wie? Allen! Dat staat in 1 Corinthiërs 15:22. En dat woord is betrouwbaar evangelie!

8 oktober 2009

‘Ja, allemaal tot je dienst, en je kunt Johan Huibers makkelijk wegzetten, maar wat er staat er in de Bijbel? Wat zei de Heer Jezus zelf? Wat doe jij dan met Johannes 3:16? Dat is toch klare en heldere taal? Gewoon twee wegen?’
‘Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren zoon gegeven heeft, opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig leven hebbe’.
‘En als er staat ‘eeuwig leven hebbe’, dan is dat ‘verloren ga’ ook eeuwig….toch?’
Mooie tekst, zegt veel over wie God is, namelijk liefde, actieve liefde: liefhebben. Maar omdat je je vraag toespitst op de eeuwigheid van het verloren gaan, wil ik daar eerst iets van zeggen. Allereerst puur in het Nederlands: ‘eeuwig’ betekent ‘behorend tot de eeuw’.
Beetje flauw misschien, maar wel goed om te beseffen. Het is de vertaling van het Griekse woord ‘aioonion’, dat is afgeleid van het woord ‘aioon’. Dit woord heeft te maken met een zekere tijd. Je moet altijd in het tekstverband kijken, over welke tijd het precies gaat. Hier was de Heer in gesprek met Nicodemus, de leraar van Israël. In dat verband staat Johannes 3:16. Het gaat voor Israël dan om leven in de komende eeuw (aioon), wat we zien als de 1000 jaren uit Openbaring 20:1-7, daar lees je zes keer over duizend jaren. Dus het geloof in de Messias betekent ‘eeuwig’ (aioonisch) leven; leven in de komende tijd van de Messias! Dat woord ‘aioon’ wordt in het meervoud ook gebruikt. En als ‘aioon’ in het enkelvoud al ‘eindeloze tijd, zonder begin of einde’ betekent, hoe kunnen er dan meer-dere ‘eeuwigheden’ zijn? 1 eeuwigheid is toch al voldoende?
‘Dus, het verloren gaan is dan ook voor die tijd van de 1000 jaren?’ Ja! Precies! En…er zit nog meer aan vast! Want Gods plan is met die 1000 jaren nog niet voorbij. Want ja, de hele Bijbel is één groot evangelie, het zegt ons wie God is!