Woord vandaag

‘Gelovigen willen toch wel God verheerlijken?’

Ja, en God loven en prijzen als Schepper is al heel wat in
deze tijd. We zitten al ruim 100 jaar opgescheept met een
theorie die het ontstaan van alles tracht te verklaren. Maar
men wil als aanhanger daarvan niet bij God uitkomen. We
weten dat de tegenwerker daar de hand in heeft, want die
wil de heerlijkheid van God onderdrukken.

‘Dat lukt dan aardig, als we rondkijken.’

Gelovigen onderstrepen en belijden meestal wel, dat God
de Schepper is van wat we om ons heen zien. Ze hebben
vaak grote moeite met de heerlijkheid van God in het evan-
gelie. De besten van de mensheid zoeken eer, heerlijkheid
en onverderfelijkheid, zegt de apostel in Romeinen 2:7. Zij
werken hard aan het goede, en zouden dat ook ontvangen
wanneer zij echt volharden in het juiste oordeel van God.

‘Maar dat is dan toch hun verdienste?’

Jawel, en het zou dan een ontvangen onverderfelijkheid
zijn op grond van de hoge kwaliteit van hun daden. Maar
dan zou het motief erachter ook zuiver moeten zijn. Vraag
is of mensen echt dat zullen ontvangen op grond van de
eigen werken en verdienste.
Maar de gerechtigheid van God, echt leven en onsterfelijk-
heid kan nooit op deze manier van menselijke inspanning-
en verkregen worden.

Woord vandaag

‘Het moet Vader verdriet doen. Velen kennen Hem niet.’

Ze eren God niet. Ongelovigen kennen Hem niet, maar gelo-
vigen, die zeggen Hem te kennen, ontbreekt het nogal eens
aan de diepere erkenning van God. Hoe kan dat? Zullen we
dan denken. Daar willen we wat verder en dieper naar kijken.

God is Schepper. Dat gelooft vrijwel elke gelovige. Hij heeft
deze oude gemaakt. Wij leven daarin en belijden terecht, dat
Hij het formeerde. Ook wij zelf komen uit Zijn hand.

‘Ja, dat laatste gelooft elke gelovige.’

Op zich is dat al heel wat. Men gelooft dan in de kracht en
wijsheid van God. Om het zo te maken zoals het is. En dan
kunnen we God daarom loven en prijzen zoals dat ook in de
Psalmen staat. Denk aan een Psalm als 19, een van de juwe-
len onder de Psalmen. Maar ook een als 104 is in dit verband
de moeite van het lezen waard.

‘Er bestaan veel lofliederen op God als Schepper.’

En dat terecht. God heeft alles speciaal gemaakt met een
bedoeling. En wanneer we daar wat dieper op ingaan, wordt
het voor veel gelovigen al moeilijker. Dat Hij de kronkelende
slang schiep als tegenwerker. Job 26:13 spreekt daarover;
Zijn hand leed geboorteweeën bij het formeren van de slang.
Dat is wat veel leden van het lichaam niet weten of wel horen
maar niet willen geloven.           

 

Woord vandaag

‘God wordt niet eervol benaderd.’

De stelling werd wel uitgedragen binnen het christendom,
dat de mens zijn vermogen tot redeneren van God ontving.
Hoewel dat het geval is, heeft het vaak niet geleid tot een
zuiver redeneren. En God kennend, zo zegt Romeinen 1 dat,
hebben ze God niet als God verheerlijkt of gedankt.

‘Daarom zijn hun redeneringen leeg.’

Zeker, en God heeft hun redeneren, leeg, ijdel, nutteloos
gemaakt. Gods heerlijkheid wordt weggenomen door bijvoor-
beeld zoiets als de evolutie-theorie. Het is een onzinnige ge-
dachte en wordt niet ondersteund door bewijzen. Bovendien
staat God niet als Schepper aan het begin in deze redenering.

‘Het is duidelijk. Gods kracht wordt weggeredeneerd.’

We lopen allemaal dit risico, dat ons redeneren onzuiver is.
Pas wanneer we zonder reserve God werkelijk als God er-
kennen, kunnen we echt gezond redeneren. Met de Schrift
als basis en voortdurende kritische toets. Hoe verder je op
die weg komt, hoe meer je zal uitgaan van geloof in de Schrif-
ten
. Daarmee krijgt redeneren geen kans Vaders woord te

verdraaien. 

Woord vandaag

‘Velen willen God niet zien.’

Als gevolg van verderf wil de mens niet aanvaarden, dat
God is en alles in Zijn hand heeft. Zo ontkennen mensen
vaak het bestaan van een Schepper. In plaats daarvan ziet
men wel allerlei oerkrachten, soms benoemt men één oer-
kracht. Soms in populaire films ‘the force’ (de kracht) ge-
noemd. In de natuur ziet men krachten aan het werk.

‘Mensen zeggen, dat er ‘iets’ is.’

Ja, ook daarin zie je dat terug. Een heel onbestemd en vaag
idee. God wordt dan gezien als een hogere Macht, die een
beetje op een mens lijkt. Of zelfs op een dier. Maar in ieder
geval iets, dat een onpersoonlijke kracht is, zoals het verderf
zelf. Men weet het niet, de God van de Schriften is onbekend.

‘Zo schrijft Paulus in Romeinen 1 toch?’

Ja, hij schrijft, dat men de heerlijkheid van de onverderfelij-
ke God verandert in de gelijkenis van het beeld van een mens
en van vogels, van viervoetige en kruipende dieren (die aan
het verderf onderhevig zijn). Het gaat niet om de mens op
zich te veroordelen, want God heeft de mens lief. Waar het
om gaat: de mens heeft het licht van God niet in het hart.
En daarom is zijn manier van denken en redeneren leeg.
Het leidt niet tot erkenning van de grote God, die liefde is.