30 april 2018
‘Vergeving in koninkrijk.’
Letterlijk is dat: (van)af laten (gaan).
Romeinen 3:21-26 zegt, dat God de
zonden die eerder begaan waren,
liet gaan. Daarmee waren ze dus nog
niet weg; offers moesten steeds ge-
bracht worden. Verwezen naar Hem
Die het ware beschermdeksel is. Zijn
dood en opstanding waren voldoende.
Hij werd tot zonde/zondoffer gemaakt.
‘God was verdraagzaam.’
En liet de gevolgen van zonden gaan
Romeinen 3:25 zegt: dat was onder
de verdraagzaamheid van God. Defi-
nitieve reiniging van zonden gebeur-
de door het bloed (lijden) van Chris-
tus. De verzoening met God door de
dood van de Zoon heen. Dat zijn as-
pecten van het evangelie van Paulus.
Onbekend onder de periode van de
wet (Torah).
‘Ik ben er erg dankbaar voor.’
Daar hebben we alle reden toe. God
is liefde; de mens niet. Mensen zijn
door God geliefd. Zijn liefde was de
bron van Zijn voornemen. Niet te be-
denken door mensen. Zoiets kan in
het mensenhart niet opkomen. Juist
in de Korintebrieven spreekt de apos-
tel uitvoerig over de liefde.
De liefde van God in het hart van de
gelovige verheugt zich met de waar-
heid. Dat blijkt onder meer uit liefde
voor Zijn woord.