‘We zijn enorm bevoorrecht boven veel anderen die in ‘voor eeuwig
verloren gaan’ geloven.’
Heerlijk als je die zekerheid in je hart meedraagt, dat God de Redder van
alle mensen is, inzonderheid van de gelovigen. Zo’n kerklid als Daaf Bok-
hout stelde dan toch maar artikel 37 van de ngb ter discussie. Daar is
wel moed voor nodig. En zijn argumenten uit de Bijbel zijn opmerkelijk.
Hij baseert zich op Psalm 65:1-4, waar staat:
2 De lofzang is in stilte tot U, o God, in Sion;
aan U zal de gelofte nagekomen worden.
3Â U hoort het gebed; tot U zal alle vlees komen.
Hij ziet in het ‘alle vlees’ van vers 3 ‘alle mensen van alle tijden
en alle plaatsen’. Misschien is dat wat teveel van deze tekst ge-
vraagd. Als we de koninkrijksverwachting nagaan, zal dat meer
betrekking hebben op de duizend jaar van Openbaring 20 en de
tijd erna op de nieuwe aarde.
‘Dan gaat het meer om de volkeren, die op zullen gaan om bijvoor-
beeld het loofhuttenfeest te vieren?’
Uiteindelijk zullen Israël en de volkeren toegroeien naar de vol-
einding, als God alles in allen wordt. Maar dan heb je nog niet alle
mensen van alle tijden en plaatsen. Er zijn tijdens de nieuwe aarde
nog veel mensen in de tweede dood (de poel van vuur). Pas als die
buiten werking gesteld is, zal echt ieder mens die ooit uit Adam ge-
boren werd, delen in het ‘God alles in allen.’
‘Er wordt ook over ‘verzoening’ gesproken in vers 3.’
Ja en ook in 1 Johannes 2:2 wat hij gebruikt in zijn gravamen tegen
artikel 37 ngb. In het Hebreeuws staat het bekende woord ‘kaphar’,
dat ‘bescherming’ betekent (er is een ander Hebreeuws begrip voor
‘bedekken’). Het woord ‘hilasmos’ of ‘hilastèrion’ is hetzelfde begrip
als ‘kaphar’, Johannes gebruikt het Griekse woord.
Overigens gebruikt Paulus dat ook in Romeinen 3:25. We kijken er
morgen verder naar!