‘Mooi, die prachtige lijnen in de Schrift voor Zijn volk’
Hebreeën gebruikt het bijzondere woord ‘hemels’ zoals dat ook
 in Efeziërs voorkomt. Er zijn parallellen tussen die twee brieven. 
 Als het gaat om de hemelse positie van Christus aan Gods rech-
 terhand. Zowel in Efeziërs als in Hebreeën wordt daarvoor Psalm 
 110 aangehaald. In Hebreeën wil de schrijver gelovigen uit Israël 
 meenemen richting de boodschap die Paulus druk bezig was uit 
 te dragen.
‘Dat is fijn te horen, zo begrijp ik die brief beter.’
De gelovigen uit Israël zouden hun hemelse roeping (Hebreeën 
 3:1) bewust worden, en daarmee ook van de andere toekomst,
de hemelse, die Paulus mocht laten zien in Efeziërs! Daarom ge-
bruikt de schrijver van Hebreeën termen die voor de gelovigen
uit Israël heel bekend waren. En door het woord ‘hemels’ (letterlijk:
op-hemels) te gebruiken, bereidt hij hen voor op de hogere onthul-
lingen in Efeziërs.
‘He, fijn. Zo krijg je beter zicht.’
In Efeziërs staan de hoogste waarheden voor de gemeente, het 
 lichaam van Christus. Het beheer van het geheimenis (Efeziërs 3:9)
 wordt alleen in die brief zó bekendgemaakt. Het beheer van de ge-
 nade van God (Efeziërs 3:2) loopt daarmee parallel. Heel de schep-
 ping zal rijk gezegend worden door de bediening van de ekklesia, 
 het lichaam van Christus. Het karakter én de plaats van deze ge-
 meente is in essentie hemels. Dat het óók uitkwerking op aarde zal 
 hebben: ja. Het laat zien hoe belangrijk dit lichaam voor de Heer is!