7 november 2018
‘Het lijden van de apostel.’

Dat kwam gisteravond naar voren. In
Filippenzen 3 spreekt hij erover. Gela-
den tekst, om het zo te zeggen. Op-
merkelijk is, dat de apostelen in Han-
delingen 5 gegeseld werden. Een hef-
tig lichamelijk lijden. Ze mochten van
het Sanhedrin niet langer over Jezus
en Zijn Naam spreken. Ook een vorm
van lijden, maar dan geestelijk.

‘Zij waren wel blij.’

Dat is weer iets bijzonders, dat zij weg-
gingen van het Sanhedrin en:

waren verheugd dat zij waardig geacht
waren, omwille van Zijn Naam smaad-
heid te lijden

                                 Handelingen 5:41

Je kunt het niet begrijpen, of wel. Ver-
blijden om het lijden dat je overkomt.
Paulus zegt er ook iets over in zijn eer-
ste Korintebrief:

Waarom lijden jullie niet liever onrecht?
Waarom laten jullie je niet liever bena-
delen?

‘Zomaar lijden? Dat ondergaan?’

Dat gaat niet ‘zomaar’, alleen wijst de
apostel wel de weg als het gaat om on-
derlinge conflicten. De apostelen van
de besnijdenis waren verheugd dat zij
waardig waren om te lijden voor Zijn
Naam. Paulus wijst onderlinge ruzies
en conflicten aan. In Korinte stapten
ze naar de wereld en wilden daar hun
gelijk halen. In plaats daarvan
 zouden
ze een oudere, wijze gelovige
 raadple-
gen. Die kan in het geschil of
 de con-
flicten het juiste zeggen, in de
 lijn van
het evangelie van verzoening
en gena-
de van God.