10 januari 2019
‘Geen veroordeling.’

Ook dat is iets fijns om echt te weten.
De feiten van Gods woord spreken, en
dat verblijdt. Blijvende vreugde in het
hart. Dat kan alleen door het evange-
lie gewekt, uitgewerkt worden. God is
het, die daarbij het willen én het wer-
ken
in u en mij bewerkt. Dat weten we

ook. Het is een feit. Het geeft rust ter-
wijl je volop bezig bent. In al de jaren
volgen we het onderricht van Paulus.

‘Ook dinsdag weer, Filippenzen.’

We zien in de loop van de studies hoe
belangrijk die brief is. Voor het dienen
en het lijden dat daarbij komt. Opval-
lend is hoe vaak Paulus spreekt van
gezindheid (houding van binnen). Oot-
moed 
zou de gelovige sieren. Steeds

meer beseffen hoe afhankelijk je van
God bent. Een oudere gelovige, die in
het leven erg veel diende, dankt Vader
op hoge leeftijd voor elke stap die nog
gezet kon worden.

‘Dankbaarheid voorop.’

We kennen het gezegde: ‘hoe ouder,
hoe….’ En bij ons als gelovigen zou
het zo zijn:‘hoe ouder, hoe dankbaar-
der.’ Naarmate je krachten afnemen
en je meer gerijpt bent in het geloof,
neemt vanzelf de diepe dank en dus
vreugde, toe. Je weet dat God je de
dagen die nog resten, schenkt. Meer
en meer besef je de overstromende
genade
, die God geeft. Dat Hij je dag

aan dag draagt.