‘Wel opvallend hoe de Heer Jezus antwoord gaf aan de fari-
zeeën op hun opmerking in Mattheüs 12.’

Het waren flinke aanvaringen die Hij met ze had. Zij wilden
Hem doden (Mattheüs 12:14), niets minder dan dat. Zo zie je
waar fanatieke religieuze ijver toe leidt. Daarbij moeten we
ons bewust zijn, dat zij hun eigen positie in gevaar zagen ko-
men doordat zij vermoedden dat Jezus weleens echt de Mes-
sias kon zijn. Zij hoorden bij de leiders van het volk en die
positie wilden zij vasthouden.

‘Er stak dus wel wat achter hun vraagstellingen, ze wilden mis-
schien niet eens weten hoe het zit?’

Nee, het was hen erom te doen, dat zij Hem op een woord zouden
kunnen vangen, en Hem daarmee veroordeeld zien te krijgen. De
dood is dan de meest radicale oplossing. Zij konden dan hun eigen
positie vasthouden. Zo ver kan macht gaan. Maar de Heer was niet
te pakken op Zijn woorden, Hij doorgrondde uiteraard de geeste-
lijke betekenis van de Schriften en liet steeds zien, dat de liefde en
de barmhartigheid van God uitgaan boven een strikt wettisch vast-
houden aan regels en geboden.

‘Ja daar gaat het uiteindelijk om. Gods liefde die alle schepselen zal
bereiken, zodat iedereen de knieën buigt.’

De boodschap die Paulus bracht, is de diepe uitwerking van het kruis.
Door de opstanding en levendmaking van de Heer Jezus Christus is
er een nieuwe schepping, daar maken wij als gelovigen al deel van uit.
Dat zegt Paulus tenminste in 2 Corinthiërs 5 en Galaten 6. Daarmee
zijn wij in Hem al voorbij deze oude schepping en kennen wij elkaar
niet langer naar het vlees. We zouden dan ook voorbijzien aan elkaars
gebreken, want God rekent daar ook niet meer mee.
Paulus voegt daar zelfs aan toe, dat indien wij Christus naar het vlees
(de Heer Jezus op aarde) gekend hebben, dan kennen wij (Hem) nu
niet meer (zo)!